Overslaan en naar de inhoud gaan

“One of the most authentic, gripping and profound collection of police procedurals ever accomplished”

Michael Connolly

Maj Sjöwall en Per Wahlöö: een achtergrond

Waarschijnlijk is de samenwerking tussen Maj Sjöwall en Per Wahlöö één van de meest opmerkelijke van twee schrijvers. Een man, een vrouw, een echtpaar, iedere avond zittend aan een tafel. Het avondeten is genuttigd en de kinderen zijn naar bed gebracht.

Zij heeft nog nooit een boek geschreven, maar hij is een bekend journalist die ook al meerdere boeken op zijn naam heeft staan. Iedere avond schrijven ze beide een hoofdstuk apart van elkaar. De volgende avond ruilen ze van hoofdstuk, verbeteren daar waar nodig is en werken dit uit, elkaar constant aanvullen. Ze hebben geen discussies, tenminste niet over de woorden die ze op papier zetten. Er wordt  bijna niet gesproken tegen elkaar. De enige conversatie die er plaatsvindt is de vraag of zij hem een sigaret wil aangeven of wie er aan de beurt is om thee te zetten.

Tien jaar, tien boeken met ieder boek dertig hoofdstukken, driehonderd hoofdstukken in totaal. Telkens over dezelfde groep middelbare politieagenten werkzaam in Stockholm. Vaak gebeurt er weinig in de verhalen, maar zelfs als het lijkt of er niets gaande is, gebruiken ze deze ruimte heel subtiel.

Wat de boeken van Maj Sjöwall en Per Wahlöö uniek voor hun tijd maken, en nog steeds aanspreken, is dat zij de eerste schrijvers waren die in detectives de lezers een spiegel voor wilden houden. Hun missie zoals hun lezers dit zouden gaan noemen, is om te laten zien dat Zweden in deze periode steeds verder naar rechts wegzakte en steeds conservatiever werden.

Voor marxisten als Maj Sjöwall en Per Wahlöö was dit een belangrijke reden om hun gedachten op papier te zetten. Als lid van de Communistische partij, stonden zij recht tegenover de toenmalig politieke stroming in Zweden. En met de onrust die er met name later over de Vietnamoorlog zou komen en de maatschappelijke onrust in hun land, wilden zij op hun manier bijdragen aan veranderingen.

Maj Sjöwall en Per Wahlöö ontmoette elkaar in 1961 bij een uitgever en de aantrekkingskracht was er direct. Per Wahlöö was negen jaar ouder dan Maj, getrouwd en vader van een dochter. Hij had het uiterlijk van een rockartiest, maar voor 1961 was dat wel vooruitstrevend.

Hij was een voormalig misdaadjournalist, maar ook politiek verslaggever. Zo is hij ooit als journalist door Franco uit Spanje gezet omdat het gene hij schreef niet echt op applaus van de Spaanse dictator kon rekenen.

Ook schreef hij verschillende romans over het misbruik van macht en de donkere kant van de samenleving en uitgerekend bij deze uitgever, waarvoor hij ook regelmatig artikelen voor tijdschriften schreef, ontmoette hij een vrouw die bij dezelfde uitgever werkte maar wel voor een ander tijdschrift.

De aantrekkingskracht tussen deze twee was er onmiddellijk. Maar Per was getrouwd. Binnen en jaar verliet hij zijn vrouw om samen met Maj verder te gaan.

Maj Sjöwall groeide op in een ongelukkig huwelijk en leefde voornamelijk op de bovenste verdieping van diverse hotels waarvan haar vader manager was. Al vroeg had ze in de gaten dat een leven zoals haar moeder niet voor haar was weggelegd. Geen huisje boompje beestje voor Maj.

Als teenager kwam ze in contact met schrijvers, artiesten en muzikanten. Toen ze als 21-jarige net haar weg binnen de journalistiek had gevonden, raakte ze zwanger van een man die haar allang had verlaten. Ze was een ongehuwde moeder met een dochter van zes jaar toen ze Per Wahlöö ontmoette.

Negen maanden nadat ze bij Per was ingetrokken werd hun zoon Tetz geboren. Ze zouden nooit trouwen, omdat beiden ervan overtuigd waren dat hun liefde geen papiertje nodig had.

In die periode werd ook het idee geboren om een serie misdaadverhalen te gaan schrijven. Ze bespraken de schrijvers van wie beide groot liefhebber waren. Zoals George Simenon en Dashiell Hammet, die beide het schrijven van misdaadverhalen naar de straat hadden gebracht. Hun idee was om verhalen te schrijven die een subversief karakter hadden en uitte hoe zij tegen de samenleving aankeken.

Zij wilden de lezers kennis laten maken met de armoede, criminaliteit en brutaliteit, die er in het toenmalige Zweden wel zeker was, maar ver weg was van het officiële imago wat de regering wilde uitstralen. Ze wilden de lezers met hun boeken laten zien wat Zweden was geworden; kapitalistisch, een koud en inhumane samenleving, waar de rijken alleen maar rijker werden en de minderbedeelden alleen maar armer.

Het idee voor hun eerste boek kwam tijdens een boottrip van Stockholm naar Göteborg. Aan boord van dit schip was ook een knappe Amerikaanse vrouw die met name van de mannen aan boord nogal veel aandacht kreeg. Ook Per liet met enige regelmaat zijn oog op haar vallen. Toen kwam Maj, waarschijnlijk uit lichte jaloezie, met het idee om het eerste boek te starten met de moord op deze vrouw.

Zeven maanden duurde de research, waarbij met name de correcte weergave van de straten van Stockholm zeer gedetailleerd werd beschreven. Veel foto’s, het meten van afstanden en een zo accuraat mogelijke weergave. Iets wat ze door de gehele serie vol zouden houden, wat voor veel Zweden uitermate herkenbaar zou zijn. De accurate werkwijze zou hun handelsmerk worden en zou door vele auteurs, ook hier in Nederland, leidend worden voor de verhalen. Alles moest authentiek zijn. Zelfs als Martin Beck, het hoofdpersonage het vliegtuig nam, dan klopte de tijd van vliegen en vluchtnummer en zelfs het weer exact met de werkelijkheid.

Ze waren erg op zoek naar de juiste toon in hun manier van schrijven. Lezers moesten zich kunnen identificeren in de personages en nooit het idee hebben dat deze ver boven hun verheven waren. Hun personages moesten ook feilbaar kunnen zijn. Gevoelens hebben en ook fouten kunnen maken, zoals iedereen in de maatschappij, wars van alle heldendom. Maar juist de soort van antiheld, waar later ook Kurt Wallander en Mikael Blomqvist zo populair door zouden zijn.

De personages in de boeken waren, met name in het begin, allemaal mannen met verschillende karakters waardoor ze eigenlijk perfect in een team konden opereren.

Hoofdpersonage is Martin Beck. Eigenlijk een geboren detective die geweldig kan observeren, constant bezig met ogenschijnlijke nutteloze observaties welke hij in zijn geheugen opslaat. Beck heeft een fantastisch geheugen, stronteigenwijs en hij heeft de capaciteit om logisch te redeneren. Volgens zijn collega’s heeft hij een gevoel voor intuïtie, een woord wat hij haat.

Tijdens de serie wordt Beck steeds vaker teleurgesteld in het korps waarvoor hij werkt en dat is het punt waarop hij bepaalde gedachtegangen van Sjöwall en Wahlöö overneemt.

Zijn collega Lennart Kolberg is niet alleen zijn collega maar ook zijn beste vriend. Hij is een voormalig militair met sarcastische trekjes. Hij weigert een pistool te dragen, nadat hij tijdens een actie een jonge collega heeft doodgeschoten. Kolberg werkt al lang met Beck en zij kunnen elkaars gedachten lezen en zijn instinctief op elkaar afgestemd.

Kolberg’s tegenhanger is het team is Gunvald Larsson. Hij is een boom van een vent die iedere vorm van sociale vriendelijkheid ontbeert, ongeduldig met zwakheden bij mensen. Hij is niet al te populair bij zijn collega’s. Maar als hij in De brandweerauto die verdween acht mensen uit een brandend huis redt, is zijn status binnen het team zeker.

De enige met wie Larsson het nog redelijk kan vinden binnen het team is Einar Rönn, een middelmatig politieagent met middelmatige verbeeldingskracht en een middelmatig gevoel voor humor. Hij is een vrij kalm persoon, hardwerkend met een simpel recht toe recht aan houding binnen het team.

Bijna net zo kalm met net zulke unieke capaciteiten is Frederik Melnader. Deze veteraan heeft al aan meer dan honderd zaken gewerkt. Hij is een vrij bescheiden persoonlijkheid, zelfs een beetje saai, wie men nooit zal betrappen op een briljant idee. Maar hij heeft een meesterlijk geheugen, waardoor hij zijn plek in het team meer dan verdiend.

Deze mensen zijn zoals velen er zijn. Kwetsbaar en herkenbaar. En juist dit wilde Maj Sjöwall en Per Wahlöö bereiken. Geen grote heldendaden, maar mannen die ook gewoon bang kunnen zijn en ook wel eens fouten kunnen maken. Maar als team bijna onfeilbaar zijn.

Toen het eerste boek klaar was, ging Per naar de uitgever met het verhaal dat dit door een vriend van hem was geschreven en hij wilde weten wat hij ervan vond. Deze uitgever herkende de stijl van Per en gaf aan dat hij het boek goed vond en wilde direct een deal sluiten voor de overige negen delen.

De recensies voor dit eerste boek waren gemengd. Sommige vonden het donker en hard, maar het boek werd bejubeld bij de jonge linksgeoriënteerde studenten. Het zou tot het vierde boek, De lachende politieman, duren voordat het publiek wakker schrok. En dat ook nog met name omdat ze voor dit boek de Edgar Award voor de beste roman hadden gewonnen.

Dit was ook de tijd dat men de vergelijking ging trekken met de boeken van Ed McBain. Beide hadden nog nooit van hem gehoord maar toen Maj enige boeken van het 87th Precinct had gelezen werd hun uitgever gevraagd of hij de Zweedse rechten wilde kopen en zo kregen beide nog meer werk want zij zouden een dozijn aan boeken van McBain vertalen.

Ondanks het succes, was het geld altijd een probleem. Ze werden nooit rijk van hun boeken, hadden geen agent en de royalty’s van hun werk was niet al te groot. Ze zouden wel geld gaan ontvangen voor de tv-rechten en de recht voor het maken van series naar aanleiding van hun boeken.

Voor Per Wahlöö zou dit te laat komen. In 1971 klaagde hij over een zwelling en hij kreeg te horen dat zijn longen vol met vocht zaten en kreeg hij ernstige problemen met zijn alvleesklier. Vanaf dat moment lag hij met grote regelmaat in het ziekenhuis, steeds meer gewicht verliezend. Zo goed en kwaad als het kon schreven ze ‘gewoon’ door. Ze hadden immers een contract voor tien boeken.

In 1975 huurde ze een bungalow in Malaga en Per begon onverstoorbaar te schrijven aan het laatste boek. Hij schreef bijna het gehele boek, waarbij Maj alleen de editing deed. In juni was het boek af en reisden ze terug naar Zweden. Het boek, De terroristen, ging naar de uitgever om gepubliceerd te worden, maar Per Wahlöö zou dit niet meer meemaken. In dezelfde maand als dat ze terugkwamen uit Malaga overleed hij aan een overdosis morfine. Het is nooit duidelijk geworden of Per zelf uit het leven is gestapt, maar alles wijst er wel op. De pijn was ondragelijk geworden en volgens de standaard van leven zoals hij dit wilde, was dit absoluut niet zijn standaard.

Per Wahlöö was 48 jaar toen hij in 1975 overleed, had een dertien jaar lange relatie met Maj. Na zijn dood sloeg ze een beetje door. Verschillende mislukte relaties, maar na enige tijd besloot om dan toch maar een klein beetje van het leven van haar moeder over te nemen. Zelfs nu was geld nooit veelvuldig voorhanden, maar haar streven was ‘liever vrij dan rijk’.

Ze nam het werk als vertaalster weer op en schreef lange tijd geen andere boeken meer. Ze wilde zeker niet alleen een boek schrijven omdat ze dan te veel vergeleken zou worden met het eerdere werk en zoals ze zelf altijd zei, dat werken met Per een andere dimensie was en ze dit nooit met iemand anders zou kunnen evenaren.

In 1990 schreef ze samen met Tomas Ross De vrouw die op Greta Garbo leek en waar ze al bang voor was gebeurde. Men bleef ook dit boek vergelijken met de tien boeken uit de jaren zestig en zeventig. Daardoor kreeg dit boek niet de waardering die het verdiende.

Op 29 april 2020 overleed Maj Sjöwall op 84-jarige leeftijd. Ze bleef bescheiden in alle lof die beide kregen toebedeeld. Daar werd ze altijd een soort  verlegen van. Met een verkoop van meer dan 10 miljoen boeken en een veelvoud van prijzen, bleef ze altijd down to earth. Over deze prijzen zei ze ooit.

“Dit is een deel van mijn leven wat ik nooit had kunnen dromen. Ik heb nooit gedacht dat deze boeken mijn gehele leven zouden gaan bepalen, of dat ik nog altijd aan ze denk, na al die tijd. Ik denk dat Per ongelofelijk verbaasd zou zijn. Ik moet altijd aan hem denken als ik een prijs krijg of als ik in het openbaar een voordracht houdt. Ik denk dat Per dit helemaal geweldig had gevonden”

De nalatenschap van de boeken is onmetelijk groot. Ze zette de standaard voor de hoge kwaliteit waaraan de Scandi thrillers zo om bekend staan. Velen die nu hun sporen verdienen met het schrijven van succesvolle thrillers zijn schatplichtig aan Maj Sjöwall en Per Wahlöö

In 2015 tijdens het Crimefest in Engeland was Maj de eregast waarbij ze werd geïnterviewd door een liefhebber van het eerste uur, Lee Child. Toen ze binnenkwam kreeg ze een staande ovatie die geruime tijd aan hield.

Een klein maar prachtig gebaar naar deze pionier. Maj Sjöwall en Per Wahlöö zijn de grondleggers van de Scandi-thriller en verdienen alle eer die ze toekomt.

Joop Hazenbroek

Reactie toevoegen

Platte tekst

  • Geen HTML toegestaan.
  • Regels en alinea's worden automatisch gesplitst.
  • Web- en e-mailadressen worden automatisch naar links omgezet.